In het Nederlandse strafrecht is strafbaar seksueel gedrag terug te vinden bij de ‘misdrijven voor de zeden’ (Art. 239 tot en met Art. 253 Sr). Er is een aantal verboden seksuele interacties, zoals deze in Art. 242 tot en met Art. 249 Sr worden beschreven: de zogenaamde hands-on delicten (aanranding, verkrachting of het vervaardigen van kinderporno ) en hands-off delicten (zoals exhibitioneren of het downloaden van kinderporno).
Bij de hands-on delicten staat het begrip ‘instemming’ centraal. Seksuele interacties zijn verboden als ze plaatsvinden met personen die daarvoor geen instemming hebben gegeven of met personen die niet in staat worden geacht instemming te geven. Dit kunnen personen zijn onder de zestien jaar (de leeftijd van wettelijke seksuele meerderjarigheid ligt in Nederland op zestien jaar), personen met een verstandelijke beperking en personen buiten bewustzijn.
Ook kan het zo zijn dat iemand niet in een positie is om in te stemmen doordat hij in een afhankelijkheidsrelatie met de pleger verkeert, zoals bijvoorbeeld (stief)vader en (stief)dochter, arts en patiënt, leraar en leerling, hulpverlener en cliënt.
Of seksueel gedrag strafbaar is, wordt bepaald door:
Delicten die onder de zedenwetgeving vallen zijn de volgende:
Schennis van eerbaarheid: Schending van seksuele fatsoensnormen jegens anderen in het openbaar, in een plaats die toegankelijk is voor jeugdigen onder de zestien jaar of in aanwezigheid van iemand (zoals een jeugdige) die het eerbaarheid schendende karakter (nog) niet beseft of kan overzien (Art. 239 Sr).
Pornografie: Het openlijk tentoonstellen of ongevraagd aan iemand toezenden van afbeeldingen of voorwerpen die in strijd zijn met de seksuele fatsoensnormen (Art. 240 Sr).
Sexting valt onder een zedenmisdrijf (Art. 240b Sr): het verspreiden, aanbieden, openlijk tentoonstellen, vervaardigen, invoeren, doorvoeren, uitvoeren, verwerven, in bezit hebben of zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen van een afbeelding – of een gegevensdrager bevattende een afbeelding – van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken. Het via smartphones geseksualiseerde beelden versturen of ontvangen van een ander onder de achttien jaar, kan een vorm van ‘kinderpornografie’ zijn.
NB. Als beide jongeren minderjarig zijn en beiden hebben ingestemd met het uitwisselen van seksuele beelden van zichzelf en er geen sprake was van dwang of chantage of een ongelijkwaardige relatie, wordt dit niet meer als een strafbaar feit gezien (nieuwe leidraad Landelijk Expertisecentrum Kinderporno en Kindersekstoerisme). Anders zou online seks strafbaarder zijn dan seks in het dagelijks leven.
Pubers in beeld. Leidraad afdoening sextingzaken van het OM en politie (2017). biedt handvatten om per geval een afweging te maken of strafrechtelijk ingrijpen op grond van Art. 240b Sr of een ander zedenfeit is gewenst.
Verkrachting:
Art. 245 Sr: ‘Hij die met iemand, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt (dat wil zeggen er is geen huwelijksrelatie), ontuchtige handelingen pleegt die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of een geldboete van de vijfde categorie.’
Art. 247 Sr: ‘Hij die met iemand van wie hij weet dat hij in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijk onmacht verkeert, dan wel aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens lijdt dat hij niet of onvolkomen in staat is zijn wil daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden of met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen pleegt of laatstgemelde tot het plegen of dulden van zodanige handelingen buiten echt met derde verleidt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van vierde categorie.’
Art. 248a Sr: ‘Hij die door giften of beloften van geld of goed, misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of misleiding een persoon waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, opzettelijk beweegt ontuchtige handelingen te plegen of zodanige handelingen van hem te dulden, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.’
Aanranding: iemand dwingen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen (Art. 246 Sr).
Ontuchtige handelingen:
Jeugdprostitutie (zoals loverboy-problematiek/mensenhandel):
Ontucht met misbruik van gezag of vertrouwen: wanneer iemand ontucht pleegt met zijn minderjarige kind, stiefkind of pleegkind, pupil, een aan zijn zorg, opleiding of waakzaamheid toevertrouwde minderjarige of minderjarige bediende of ondergeschikte (Art. 249 Sr).
Seksuele contacten met kinderen onder de twaalf jaar. Ook seks vanaf twaalf jaar is strafbaar, maar wordt bij vrijwilligheid, gering leeftijdsverschil en een affectieve relatie vaak niet gemeld en bestraft.
Een delict dat onder de mishandelingsdelicten valt, is meisjesbesnijdenis. Hier is het volgende over op te merken.