Overslaan en naar de inhoud gaan
Richtlijn
Middelengebruik
Groep jongeren

Verslavingszorg inschakelen

Toelichting op de aanbeveling

  • Schakel de verslavingszorg in wanneer er sprake is van één of meerdere van de hieronder beschreven situaties. 

  • Ernstige onthoudingsverschijnselen bij stoppen of minderen van gebruik. 
  • Ernstig, herhaaldelijk agressief gedrag samenhangend met middelengebruik. 
  • Ernstige symptomen van psychopathologie in combinatie met een stoornis in het gebruik van middelen, zoals psychologische symptomen. 
  • Obstakels bij de huidige reguliere begeleiding of behandeling door het middelengebruik en daaraan verbonden disfunctioneren op verschillende levensgebieden.  

De grenzen van de residentiële jeugdzorg: middelengebruik gedogen?   

Middelengebruik gedogen of negeren is geen optie, maar verdere begeleiding of behandeling weigeren ook niet. Ontslag uit de jeugdhulporganisatie vanwege middelengebruik is dan ook onwenselijk. Een reden (soms van vele) waarom de jongere zorg nodig heeft, wordt dan immers de reden voor ontslag. Voor het welzijn van de jongere is het een voorwaarde dat diegene een veilige basis heeft.  

De kunst is om een middenweg te vinden tussen verbieden, het bespreken van het gebruik en begrip tonen. Kortom: “Je mag niet blowen, maar je wordt niet gelijk op straat gezet als je een keer gebruikt.” Een gesprek moet altijd mogelijk zijn en het startpunt vormen van een traject dat draait om het motiveren van de jongere. Dit traject kan vaak lang duren. Verschillende partijen moeten hierbij samenwerken. Ook na de start van een behandeling is veel geduld van alle betrokkenen nodig, omdat het proces van minderen of stoppen met alcohol- of drugsgebruik met vallen en opstaan verloopt. Bespreek met de verschillende partijen het voor- en natraject. Bijvoorbeeld: hoe sluit de jeugdhulp aan wanneer de middelenproblematiek is behandeld?  

Wanneer begeleiding in een residentiële setting moeilijk wordt 

Sommige jongeren blijken door hun gebruik en bijbehorend gedrag moeilijk te handhaven in een residentiële setting. De begeleidbaarheid of behandelbaarheid van de jongere en de gevolgen van diens gedrag voor de groep zijn hierbij bepalend. Jongeren blijken moeilijk te handhaven wanneer er – na herhaalde waarschuwingen, niet nagekomen afspraken en mislukte (behandel)interventies – sprake is van het volgende: 

  • Harddruggebruik.
  • Frequent drugsgebruik.
  • Ontregeling van de groep.
  • Verslavingsgedrag: gedrag dat te maken heeft met de afhankelijkheid van drugs, waaronder het bemachtigen (‘scoren’) van drugs. Denk ook aan stelen, afpersen en chanteren. 
  • Dealen binnen de groep of instelling.  

Jongeren bij wie deze problemen spelen in een regionaal zorgoverleg te bespreken. Alle betrokkenen en relevante partijen zitten dan aan tafel en kunnen hun expertise delen. Zo dragen alle betrokkenen gezamenlijk de verantwoordelijkheid.  Daarnaast is er voor professionals en ouders die te maken krijgen met jongeren die dealen, de website www.dealenmetdrugs.nl ontwikkeld. Op deze website vind je meer informatie en handvatten.  

Verslavingshulp binnen gesloten jeugdzorg 

De ervaring leert dat het niet werkt om jongeren uit de gesloten jeugdzorg tijdelijk (op vrijwillige basis) op te nemen in een jeugdverslavingskliniek. De kaders zijn hier veel vrijer, waardoor de jongere vaak alleen maar bezig is met grenzen opzoeken. Om die reden is de module ‘jeugdverslavingshulp op locatie’ ontwikkeld. Hierbij biedt de jeugdverslavingshulp behandeling op locatie aan. Zo blijven de jongeren in de passende setting, maar wel met specialistische kennis en behandeling van de verslaving. Vanuit de module wordt eerst motiverende gespreksvoering aangeboden (maximaal tien gesprekken). Als de jongere daarna voldoende gemotiveerd is voor vervolgbehandeling (bijvoorbeeld cognitieve gedragstherapie), krijgt die dit aansluitend aangeboden. Op deze manier vermijd je eventuele wachtlijsten.