KOPP/KOV

2. Gevolgen voor de jeugdige

De gevolgen per leeftijdsfase

De gevolgen van het opgroeien in een gezin met psychische en/of verslavingsproblemen bij (één van) de ouders, zijn uiteenlopend en verschillen per leeftijdsfase. Voor alle hieronder besproken gevolgen, signalen, klachten en gedragingen, geldt dat hier ook andere oorzaken aan ten grondslag kunnen liggen. Bovendien is er sprake van een wisselwerking tussen allerlei factoren. Zo heeft het gedrag van  de jeugdige invloed op het gedrag van de  ouder(s). Wees dus voorzichtig met het trekken van conclusies over oorzaak en gevolg.

Ongeborenen en pasgeborenen

Vrouwen met een psychische stoornis hebben gedurende een zwangerschap een verhoogd risico op terugval en een grotere kans op complicaties bij de bevalling. Psychische problemen tijdens de zwangerschap brengen ook risico’s met zich mee voor de ontwikkeling van de baby. Verschillende studies tonen aan dat psychische problemen van de aanstaande moeder, (juist) ook bij gebruik van psychofarmaca tijdens de zwangerschap, invloed hebben op het stressniveau en de cognitieve en emotionele ontwikkeling van de hersenen van de baby . Zo kunnen overmatige emotionele stress en angst van de moeder tijdens de zwangerschap het risico verhogen op vroeggeboorte, een laag geboortegewicht, problemen in de (hersen)ontwikkeling en een verhoogde stressgevoeligheid bij de (ongeboren) baby. Door problemen van de moeder kan de jeugdige dus een verhoogde kans hebben om zelf psychische problemen te ontwikkelen.

Ook veelvuldig middelengebruik kan een schadelijke invloed hebben op de foetus. Veelvuldig gebruik van stimulerende middelen, zoals cocaïne, kunnen bijvoorbeeld leiden tot snelle bloeddrukveranderingen en een afname van de zuurstoftoevoer naar de foetus. Dit kan een miskraam, een vroegtijdige geboorte, groeiachterstand, hersenbeschadiging of zelfs hersenbloeding bij het ongeboren kindje als gevolg hebben. Veelvuldig drugsgebruik kan ook leiden tot het Neonataal Abstinentie Syndroom (NAS-syndroom), dat gekenmerkt wordt door ontwenningsverschijnselen bij de baby na de geboorte. De gevolgen van middelengebruik hangen niet alleen af van welk middel er gebruikt is, maar ook van hoe vaak en hoeveel er gebruikt is, en in welke periode van de zwangerschap. Voor professionals die vragen hebben over drugsgebruik tijdens de zwangerschap is het mogelijk om telefonisch te overleggen met de Teratologie Informtie Service (TIS) van het Lareb.

Alcoholgebruik tijdens de zwangerschap kan onder andere leiden tot een miskraam, een vroeggeboorte, een laag geboortegewicht of het Foetaal Alcohol Syndroom (FAS). FAS wordt gekenmerkt door onder meer achterblijvende groei, gelaatsafwijkingen en afwijkingen aan het centraal zenuwstelsel. Voor meer informatie over FAS, zie de website van de FAS-stichting. Tot slot, de meest recente Nederlandse cijfers over het middelengebruik van vrouwen en partners vóór, tijdens en na de zwangerschap zijn te vinden in de Factsheet Monitor Middelengebruik en Zwangerschap. De factsheet is gratis te downloaden in de webwinkel van het Trimbos-instituut.

Baby’s en peuters

Problematisch opvoedgedrag en onveilige gehechtheid (zie Het opvoedgedrag van de ouders en De gehechtheidsrelatie tussen ouder(s) en jeugdige) kunnen bij baby’s en peuters leiden tot emotionele en gedragsproblemen, zoals separatieangst, eet- en slaapproblemen. Ook lopen baby’s en peuters met psychische en/of verslavingsproblemen bij (één van) de ouders een verhoogd risico op een ontwikkelingsachterstand (van bijvoorbeeld spraak), een gebrekkige ego-ontwikkeling of terugval in gedrag dat bij een eerder ontwikkelingsstadium hoort (het kind gaat bijvoorbeeld weer in zijn broek plassen terwijl het al zindelijk was). Verder kunnen kinderen in deze leeftijd afwijkend spelgedrag vertonen. Ze spelen bijvoorbeeld helemaal niet of doen agressieve spelletjes.

Basisschoolkinderen en jongeren

Al op jonge leeftijd kunnen kinderen en jongeren met (een) ouder(s) met psychische en/of verslavingsproblemen last hebben van schuldgevoelens, schaamte, bezorgdheid en eenzaamheid. Schuldgevoelens kunnen bijvoorbeeld optreden als de jeugdige de oorzaak van de problemen van de ouder bij zichzelf legt. Jongeren kunnen daarnaast last hebben van een extreem verantwoordelijkheidsgevoel. Ook parentificatie kan voorkomen bij kinderen en jongeren. Dit kan belastend zijn voor de jeugdige, vooral als hij geen emotionele ondersteuning ontvangt. Bovendien kan een gering gevoel van eigenwaarde de jeugdige parten gaan spelen. Daarnaast kunnen jeugdigen angstig zijn vanwege de onvoorspelbare en soms onveilige thuissituatie. Vanwege die onvoorspelbare thuissituatie nemen ze vaak ook geen vriendjes of vriendinnetjes mee naar huis. Sommige jongeren proberen de thuissituatie te ontvluchten, bijvoorbeeld door weg te lopen.

Ook gedrags- en aanpassingsproblemen komen voor. Jeugdigen met psychische en/of verslavingsproblemen bij (één van) de ouders kunnen zich bijvoorbeeld helemaal wegcijferen of aanpassen aan de wensen en behoeften van anderen. Bovendien kunnen ze last hebben van psychosomatische klachten als hoofdpijn, buikpijn, slaapproblemen en eetproblemen, en willen ze soms niet naar school door separatieangst. Jongeren functioneren vaak minder goed op school (ze blijven bijvoorbeeld vaker zitten) en verzuimen vaker door de problemen thuis en door ervaren overbelasting. Daarnaast hebben jongeren een verhoogde kans in agressief gedrag te vervallen, een depressie en/of angststoornis te ontwikkelen , verslaafd te raken aan alcohol en/of drugs, en suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag te ontwikkelen.

Tot slot zijn de jeugdigen met psychische en/of verslavingsproblemen bij (één van) de ouders in vergelijking met hun leeftijdsgenoten in het algemeen sociaal minder vaardig, bijvoorbeeld doordat zij een goed rolmodel ontberen, of doordat zij vaker onveilig gehecht zijn.

Veelvoorkomende gevolgen
De gehechtheidsrelatie tussen ouder(s) en de jeugdige
Reageer!