Wanneer er sprake is van culturele verschillen of verschillen in normen en waarden tussen de hulpverlener en het gezin is het van belang dat de hulpverlener de afstand tussen deze verschillen probeert te reduceren. De hulpverlener dient zich bewust te zijn van zijn eigen normen, waarden en attitude, en dient iets af te weten van de culturele achtergrond van het gezin en van relevante culturele strategieën om met het gezin te kunnen werken. Hij dient voorzichtig om te gaan met traditionele noties met betrekking tot empathie, macht, autoriteit en communicatie – om maar een paar voorbeelden te noemen.
Uitgangspunt is dat zo veel mogelijk rekening wordt gehouden met de culturele context, tenzij het gaat om gedragingen, waarden en normen die in strijd zijn met de Nederlandse wetgeving. De competenties van de uitvoerende hulpverlener zijn van groot belang voor een succesvol diversiteitsbeleid.