Richtlijn Traumagerelateerde problemen

4. Toeleiden naar passende (trauma)zorg

Conclusies

Een jeugdprofessional moet, afhankelijk van de duur, de intensiteit en de complexiteit van de traumagerelateerde klachten van de jeugdige en het systeem, in goed overleg met jeugdige en ouders, kunnen verwijzen naar andere zorg. Om door te verwijzen is het niet nodig om te wachten tot de situatie van de jeugdige volledig stabiel is. Toestemming en motivatie van jeugdige en ouders zijn belangrijke voorwaarden.

Een behandelaar in de generalistische basis jeugd-GGZ, de gespecialiseerde jeugd-GGZ of de hoogspecialistische jeugd-GGZ doet een verdiepende anamnese en aanvullende diagnostiek. Als dit onderzoek het bestaan van traumagerelateerde problemen bevestigt, kan behandeling worden aangeboden. De behandelaar zal de beschikbare interventies voor traumagerelateerde problemen verder uitleggen.

De interventies richten zich op drie niveaus: de jeugdige zelf, de ouders en andere betrokkenen uit de omgeving van de jeugdige. Indien er sprake is van een comorbide stoornis, moet men hiermee rekening houden in de keuze voor een passende verwijzing en interventies.

Onderbouwing
Inschakelen van gespecialiseerde behandeling
Reageer!