Residentiële jeugdhulp

1. Het pedagogisch leefklimaat

Steun en responsiviteit

Onderzoek suggereert dat de ontwikkeling van een goede relatie tussen de jeugdige en pedagogisch medewerker bijdraagt aan positieve uitkomsten van de residentiële hulp. Daarnaast blijkt dat jeugdigen het belangrijk vinden dat pedagogisch medewerkers naar hen luisteren en begrip tonen. Een goede relatie draagt bij aan de tevredenheid van jeugdigen over de hulp. De responsiviteit en een sensitieve steunende houding van pedagogisch medewerkers worden vergroot door aandacht te besteden aan de houding van de pedagogisch medewerker ten opzichte van zichzelf, zijn houding ten opzichte van de jeugdige en de wijze waarop hij omgaat met het gedrag van de jeugdige.

Houding van pedagogisch medewerkers ten opzichte van zichzelf

Pedagogisch medewerkers moeten zich bewust zijn van hun persoonlijke stijl, emotionele stabiliteit en van de wijze waarop zij zelf terugkijken naar hun eigen gehechtheidservaringen. Hun eigen persoonlijkheid is van invloed op de interactie met jeugdigen. Het kennen van de eigen valkuilen helpt om te voorkomen dat hierdoor negatieve interacties met jeugdigen ontstaan. Hulpmiddelen hierbij zijn training en intervisie.

Houding van pedagogisch medewerkers ten opzichte van de jeugdige

Het is van belang om jeugdigen positief te bejegenen. Dat wil zeggen: duidelijk en betrouwbaar zijn, vragen stellen, bereikbaar zijn en respect tonen. Ook een steunende en responsieve houding is van belang. Het gaat hierbij om het creëren van veiligheid, belangstelling tonen, bewust zijn van afstand en nabijheid, en een positieve en activerende opstelling.

Een goede relatie tussen pedagogisch medewerkers en de jeugdigen veronderstelt volgens praktijkexperts een zekere mate van fysieke intimiteit zoals het geven van schouderklopjes of een knuffel als een jeugdige daar behoefte aan heeft. De behoefte van de jeugdige aan intimiteit is hierin altijd leidend. In De veiligheid van de jeugdige wordt beschreven hoe grensoverschrijdend gedrag kan worden voorkomen.

De omgang met het gedrag van jeugdigen

Problemen bij het ontwikkelen van een positieve relatie hangen onder meer samen met probleemgedrag van jeugdigen. Ten aanzien van het gedrag van jeugdigen is het belangrijk om een goede balans te vinden tussen empathie en emotionele ondersteuning enerzijds, en een goede samenwerkingsrelatie gericht op taken en doelen anderzijds. De interactie tussen een jeugdige en zijn opvoeders is van invloed op de ontwikkeling van probleemgedrag. Als de pedagogisch medewerker dat inziet, is het makkelijker om probleemgedrag te begrijpen en te accepteren. Het biedt de pedagogisch medewerker tevens de mogelijkheid om zich herhalende interactiepatronen te doorbreken. Andere aandachtspunten zijn: rekening houden met de beperkingen van de doelgroep door kleine doelen te stellen; rekening houden met terugval; positief gedrag bekrachtigen door positieve eigenschappen en positief gedrag te benadrukken, en rekening houden met copinggedrag.

Het risico bestaat dat individuele jeugdigen onvoldoende aandacht krijgen door drukke werkzaamheden en probleemgedrag bij meerdere jeugdigen in de groep. Om ervoor te zorgen dat alle jeugdigen in het dagelijks leven op de groep voldoende individuele aandacht krijgen is het volgens praktijkexperts, ouders en jongeren belangrijk dat pedagogisch medewerkers zoveel mogelijk op de groep aanwezig zijn, zich niet terugtrekken op kantoor en samen met jeugdigen dagelijkse activiteiten uitvoeren, zoals koken of tafeldekken. In de dagelijkse routine moeten individuele contactmomenten verankerd zijn en moet er ruimte zijn om aandacht te geven wanneer een jeugdige hierom vraagt. Wanneer deze ruimte niet op dat moment gecreëerd kan worden, is het van belang aan de jeugdige duidelijk te maken wanneer er wél tijd is. Toezeggingen hierover moeten altijd worden nagekomen.

Groei en ontwikkeling
Kenmerken van een goed pedagogisch klimaat
Reageer!