Radicalisering

Uitgangsvragen en aanbevelingen

C. Aanpakken voor veerkracht en weerbaarheid

Aanbeveling:
Er zijn verschillende interventies en programma’s die werkzame elementen bevatten voor het versterken van de veerkracht en weerbaarheid van jongeren tegen zorgwekkende radicalisering. Maak zoveel mogelijk gebruik van deze interventies en programma’s.

Hier vind je acht voorbeelden van onderbouwde of geëvalueerde aanpakken die de veerkracht en weerbaarheid van jongeren tegen zorgwekkende radicalisering kunnen versterken, geordend aan de hand van de zes contexten van het caleidoscopisch model.

Democratische vorming en morele betrokkenheid

  1. Lessenreeksen Vrijheid, Identiteit en Polarisatie ‘VIP’ en ‘Mij (jr.)’
  2. Vreedzame School

Ideologische/ digitale weerbaarheid

  1. Under Pressure

Weerbaar opvoeden

  1. interventies gericht op weerbaar opvoeden

Eerste hulp bij identiteitsvraagstukken

  1. Aarhusmodel

Zelfverwezenlijking

  1. DIAMANT-training
  2. One-on-one mentorproject

Sociale vaardigheden en normering

  1. Buro Zend-Uit
  2. OMEI-training

  • Onderbouwing en verdieping

    Preventieve aanpakken

    De continu veranderende complexiteit en ongestructureerdheid van radicalisering vereist als professionele houding dat je als jeugdprofessional voortdurend evalueert welke handelingen proportioneel en effectief zijn. Dit geldt ook voor preventieve aanpakken die zich richten op het versterken van de beschermende factoren tegen zorgwekkende radicalisering. De betreffende interventies bevatten elementen in de aanpak waarvan wetenschappelijk bekend is dat ze de veerkracht van jongeren tegen zorgwekkende radicalisering kunnen versterken. De bedoeling van de voorbeelden is niet om een menukaart van concrete interventies te geven. Wel om kennis te nemen van de variëteit aan typen interventies waarin elementen zijn opgenomen die volgens wetenschappelijke inzichten kunnen werken om de veerkracht van jongeren tegen zorgwekkende radicalisering te versterken. De thematische indeling van interventies is op basis van het ‘caleidoscopisch model’ (Ranstorp, 2016).

    De voorbeelden betreffen aanpakken waarvan een evaluatie heeft plaatsgevonden. Bij de beschrijving van de voorbeelden wordt aan deze studies gerefereerd. De voorbeelden betreffen interventies gericht op het versterken van de veerkracht tegen zorgwekkende radicalisering op individueel niveau: VIP en Mij (jr.), Under Pressure, Vreedzame School, DIAMANT-training en Buro Zend-uit. En voorbeelden van interventies die zicht richten op het versterken van de veerkracht tegen zorgwekkende radicalisering op het niveau van de omgeving van de jongere en op het niveau van de samenleving: Aarhusmodel, Opvoedondersteuning tegen radicalisering en de OMEI-training.

    Bewijskracht evaluaties

    De evaluatiestudies waarnaar bovengenoemde interventiebeschrijvingen verwijzen, voldoen aan de minimale relevantie-eisen die zijn toegelicht bij de werkzame elementen.

  • Uitleg per interventie

    Lessenreeksen Vrijheid, Identiteit en Polarisatie (VIP), MIJ en MIJ jr.

    Uitleg interventie

    De lessen beogen jongeren weerbaarder te maken tegen invloeden met een mogelijke radicaliserende of polariserende werking. De jongeren gaan tijdens het project aan de slag met belangrijke thema’s als identiteit, grondrechten en hoe zij zich verhouden tot anderen. . MIJ richt zich op leerlingen vanaf de derde klas van het voortgezet onderwijs (14 jaar en ouder), en op mbo’s (tot 20 jaar). MIJ jr. richt zich op de groepen 7 en 8 van het primair onderwijs en klas 1 en 2 van het voortgezet onderwijs. VIP wordt gegeven aan verschillende opleidingsniveaus: op het praktijkonderwijs op het vmbo/kader, op havo/vwo en op hogescholen. Uit evaluatieonderzoek (Gielen, et al., 2021) blijkt dat VIP, MIJ en MIJ jr. jongeren en kinderen in het onderwijs weerbaarder maken tegen invloeden met een mogelijke radicaliserende of polariserende werking. De projecten hebben een positief effect op de kennis en de houding van deelnemers op fundamentele thema’s als identiteit, diversiteit en de Nederlandse Grondwet.

    Meer informatie

    Vreedzame School

    Uitleg interventie

    Vreedzaam betreft een programma voor democratisch burgerschap en sociale competentie. Het programma richt zich primair op basisscholen. Het beschouwt de klas en de school als een leefgemeenschap waarin alle kinderen zich gehoord en gezien voelen, een stem krijgen, en waarin kinderen leren wat het betekent om een ‘democratisch burger’ te zijn. De Vreedzame School staat voor een pedagogische benadering waarbij niet zozeer de individuele leerling, maar de leerling in de sociale gemeenschap centraal staat. Naast de wekelijkse lessen in alle groepen wordt de school en de klas ingericht als een democratische oefenplaats waarin leerlingen de gelegenheid krijgen om de verworven burgerschapscompetenties te oefenen in een betekenisvolle context.

    Vreedzame School is erkend door de deelcommissie Ontwikkelingsstimulering, onderwijsgerelateerd en jeugdwelzijn (‘effectief volgens eerste aanwijzingen’).

    Meer informatie

    Under Pressure

    Uitleg interventie

    Het een lesprogramma is bestemd voor de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en de onderbouw van het mbo. Uitgangspunt dat door het vergroten van de weerbaarheid tegen desinformatie en het vergroten van democratisch burgerschap bij jongeren de voedingsbodem voor polarisatie en zorgwekkende radicalisering wordt verminderd. De lessen worden gegeven door zogeheten ‘peer educators’ die zelf ervaring hebben met de problematiek.  (Onderdeel van de interventie is een game waarbij leerlingen leren desinformatie en nepnieuws te herkennen door deze zelf te produceren.

    Uit de evaluatie blijkt dat de belangrijkste opbrengsten van de lessen liggen op kennis- en bewustzijnsniveau (Van Wonderen en Peeters, 2021). Na het volgen van de lessen is de kennis van leerlingen groter geworden. Ook zijn de jongeren zich bewuster geworden van mogelijkheden om nepnieuws, desinformatie en sociale media algoritmes te herkennen en te valideren op betrouwbaarheid. Wel komt uit de evaluatie de nuance naar boven dat voor het herkennen van ook de meer complexe vormen van nepnieuws en desinformatie en voor gedragsverandering meer tijd en oefening is vereist.

    Meer informatie

    Weerbaar opvoeden

    Uitleg interventie

    Interventies gericht op weerbaar opvoeden stellen opvoeders in staat hun kinderen op zo’n manier te ondersteunen dat zij zich thuis voelen in de maatschappij. Deze interventies helpen opvoeders om hun kinderen weerbaarder te maken tegen uitdagingen die samenhangen met hun maatschappelijke, culturele, religieuze of migratieachtergrond. Denk daarbij aan het omgaan met conflicterende normen en waarden, polarisatie, uitsluiting en radicale invloeden.

    Verschillende thema’s die vaak centraal staan zijn bij interventies weerbaar opvoeden zijn (Toolkit evidence based werken bij radicalisering, 2020):

    • Wat is radicalisering en hoe verloopt het radicaliseringproces (herkennen van radicaliseringprocessen)?
    • Omgang met conflicterende normen en waarden, verhouding tot de ander (wij-zij denken), omgang met ervaren discriminatie en uitsluiting.
    • Hoe kom en blijf je in contact met je kind? Bespreekbaar maken van spanningsvolle thema’s. Open communiceren.
    • Waar kun je als ouders terecht met hulpvragen?

    Meer informatie

    Aarhus-model

    Uitleg interventie

    Het Aarhus-model uit Denemarken is een voorbeeld van een succesvol samenwerkingsverband gericht op het versterken van maatschappelijke veerkracht (Bertelsen 2015; Hemmingsen 2015). Het bevat diverse programma’s voor vroegtijdige preventie, bedoeld voor jongeren in een vroeg stadium van zorgwekkende radicalisering. Het model biedt daarnaast ook programma’s aan als exit-processen, gericht op mensen die al zijn geradicaliseerd en van plan zijn aanslagen te plegen met politieke en/of religieuze motieven (Bertelsen 2015).

    Het Aarhus-model bestaat uit een groot aantal uiteenlopende initiatieven waarbij de gemeente altijd een belangrijke rol speelt. Zo koppelt Aarhus radicaliserende jongeren aan een mentor die 24/7 beschikbaar is en getraind is om de jongere te helpen bij allerlei persoonlijke en maatschappelijke problemen. Daarnaast bemensen politie en maatschappelijk werkers een zogenoemd InfoHouse. Het is de eerste plek waar signalen van radicalisering (van ouders, docenten, jongerenwerkers, maatschappelijk werkers, etc.) worden verwerkt en waar maatregelen worden genomen. Verder biedt Aarhus algemene preventieve workshops aan op basisscholen en middelbare scholen. Leerlingen leren hier over de gevaren van gewelddadige radicalisering en terrorisme aan de hand van presentaties, dialoogsessies, oefeningen, rollenspellen en spelletjes.

    Het Aarhus-team neemt vergelijkbare initiatieven in moslimgemeenschappen, waar ze dialoogsessies organiseert in moskeeën. Dergelijke dialoogsessies zorgen er mede voor dat er al contact is gelegd voordat situaties uit de hand lopen. Ook zijn er oudernetwerken die kunnen samenwerken met de ouders van geradicaliseerde jongeren. Tevens biedt Aarhus een exit-programma voor mensen die naar het buitenland zijn vertrokken om te strijden.

    Meer informatie

    Interventie: DIAMANT-training

    Uitleg interventie

    De training heeft als doel het versterken van zelfvertrouwen, identiteit, inlevingsvermogen, veerkracht en weerbaarheid van kwetsbare islamitische jongeren tussen 12 en 23 jaar. De training leert de jongeren omgaan met hun duale identiteit en mogelijke conflicten als gevolg daarvan, en verbetert het contact en de connectie met de Nederlandse samenleving. Via casussen, voorlichting en opdrachten wordt de kennis van jongeren over radicalisering vergroot, waardoor zij bij zichzelf of bij anderen signalen van radicalisering kunnen herkennen. Algemene doel is het wegnemen van de voedingsbodem door risicofactoren voor zorgwekkende radicalisering zoals gevoelens van achterstelling en discriminatie, problemen met de multipele identiteit en zingeving, de (generatie)kloof met de ouders, sociale isolatie en loyaliteitsconflicten te reduceren. Elementen in de Diamant methode die een voorbeeld zijn van het programma ‘Zelfverwezenlijking’ is onder meer de doelstelling van Diamant dat jongeren zich kunnen verweren tegen extremistische religieuze ideeën door te werken aan versterken van het gevoel van eigenwaarde en zelfregie. In de Diamant methode zijn naast ‘zelfverwezenlijking’ ook elementen te vinden die aansluiten bij het speerpunt ‘EHBI’. Er wordt gewerkt aan identiteitsontwikkeling en zelfbewustzijn. Jongeren leren zelfstandig te denken en beslissingen te nemen.

    De Diamanttraining is geëvalueerd door Feddes, Mann, de Zwart, & Doosje, 2013. Mutsaers en Demir (2019) benoemen Diamant als een goed voorbeeld van een programma dat is ontwikkeld om de veerkracht van personen te vergroten. De interventie vergroot zelfvertrouwen, verantwoordelijkheid en inlevingsvermogen van jongeren. Diamant leert hun omgaan met duale identiteit en interculturele conflicten en brengt en/of houdt hen in contact met de Nederlandse samenleving. De training versterkt de identiteit en veerkracht van de jongeren, zodat ze steviger in hun schoenen staan en weerbaarder zijn tegen extremistische ideeën en gepolariseerd denken.

    De interventie Diamant is erkend door de deelcommissie Justitiële interventies (‘goed onderbouwd’).

    Meer informatie

    ONE-on-ONE mentorproject 2.0

    Uitleg interventie 

    Jongeren of jongvolwassenen die moeilijk meedoen in de samenleving, en zich niet welkom voelen, kunnen vatbaar worden voor radicale ideologieën en extreme groeperingen. Het mentorproject One-on-One 2.0 wil hen in een vroeg stadium weerbaar maken en zo verergering voorkomen. Door op tijd verbinding te leggen en hulp te bieden, wordt beoogd het risico dat die personen overgaan op extremisme zoveel mogelijk te beperken. Bij het mentorproject wordt een jongere of jongvolwassene die aansluiting bij de samenleving (dreigt te) verliezen gekoppeld aan een mentor. De mentor begeleidt de jongere bij het vinden van nieuwe paden om mee te doen in de maatschappij op basis van zijn of haar eigen kracht. Het mentortraject werkt aan het ontwikkelen van levensvaardigheden. Een jongere wordt met kennis, vaardigheden en houdingen toegerust voor de volgende stappen in zijn of haar leven, zoals het uitoefenen van een beroep, het volgen van onderwijs of het functioneren in een complexe samenleving. Het mentorproject wordt thans ingezet door zorg- en veiligheidshuizen. De aanpak van het project is gebaseerd op de internationaal toegepaste en geëvalueerde methodiek van ‘one-on-one mentoring’.

    Meer informatie

    Buro Zend-Uit

    Uitleg interventie

    De interventie wil de weerbaarheid onder jongeren 15-19 jaar versterken tegen antisociale verleidingen zoals zorgwekkende radicalisering en criminaliteit. De interventie richt zich op jongeren die het risico lopen vatbaar te worden voor destructieve levensstijlen, in een kwetsbare maatschappelijke positie verkeren en veel hindernissen ervaren zoals discriminatie op de arbeidsmarkt. Specifiek gaat het hierbij om jongeren met een laag bewustzijn over hun kwetsbaarheden en talenten, maar die op zelfonderzoek kunnen en willen gaan. Hierbij wordt dus ook gekeken naar in hoeverre de jongeren de wil hebben om te veranderen en/of groeien, en in hoeverre ze al in de problemen zijn gekomen.

    Doel van het programma is om jongeren baas te maken over hun eigen talenten, zodat zij de lokroep van antisociale verleidingen beter kunnen weerstaan. Jongeren werken aan een nieuw visueel zelfportret met behulp van diverse media (film etc.) en helpen elkaar daarbij. Tijdens dit proces krijgen de jongeren die gewend zijn om te falen, meer inzicht in en grip op hun talenten, kansen en mogelijkheden. Ze leren zich op een (veer)krachtige manier bloot te stellen aan de buitenwereld. In helder gedefinieerde stappen (rites) leren jongeren om hun persoonlijke en collectieve ‘uitzend-strategie’ in eigen hand te nemen.

    Uit evaluatieonderzoek (Sieckelinck, Kooijmans & Wernaart, 2020) naar de interventie blijkt dat het in de interventie lukt om jongeren zich kwetsbaar op te laten stellen wat voorwaarde is voor succes. Ook helpt het programma jongeren bij het bekijken van doelen voor de toekomst. Jongeren hebben aangegeven dat ze een beter idee hebben gekregen van de doelen in hun leven, en dat dit hen motivatie en een ‘sense of purpose’ geeft.

    OMEI-training

    Uitleg interventie

    De training Omgaan met Extreme Idealen van Expertise-unit Sociale Stabiliteit richt zich op het voorkomen van extremisme. De training is bedoeld voor jeugdprofessionals die met jongeren werken. Zij leren het gesprek aan te gaan met jongeren met extreme idealen. De training geeft de jeugdprofessionals meer inzicht in radicaliseringsprocessen en biedt concrete handvatten om met deze jongeren om te gaan. In de training wordt concreet geoefend met gespreksvoering. De training kent drie onderdelen: inleving, ideeën & idealen en het gesprek. De onderdelen zijn verdeeld in blokken om de vaardigheden, die nodig zijn bij de omgang met jongeren met extreme idealen, te oefenen en aan te scherpen. Hoofdlijnen zijn inzicht, emotie en handelen. De vorm van de training sluit aan bij de inhoud met een stevige instructie. Voor het overgrote deel biedt de training de gelegenheid om met elkaar vaardigheden en houdingen te oefenen. In elk blok is er ruimte om met een trainingsacteur ervaringen uit de praktijk na te spelen.

    De OMEI-training is geëvalueerd (Labyrinth, 2019). Door de training, zo blijkt uit de evaluatie, verwerven deelnemers onder andere meer inzicht in de belevingswereld van jongeren met extreme idealen, de eigen associaties en vooroordelen ten aanzien van idealen en radicalisering en de wijze waarop beide aspecten de gespreksvoering met jongeren kunnen beïnvloeden.

    Er zijn drie inhoudelijke werkzame elementen in de aanpak te onderscheiden, die bijdragen aan de doeltreffendheid van de training Omgaan met extreme idealen (Cankor en Noor, 2021):

    1. Reflectie stimuleren en inlevingsvermogen vergroten. Deelnemers worden aangemoedigd te reflecteren op hun eigen associaties en (voor)oordelen over idealen en radicalisering en deze te delen. Het doel is hierbij om begrip en inzicht tussen deelnemers te bevorderen. Ook worden deelnemers gestimuleerd zich in te leven in de belevingswereld van jongeren met extreme idealen.
    2. Kennis over radicalisering. Een van de onderdelen van de training is erop gericht deelnemers (basis)kennis te geven over radicalisering. Onderwerpen die hierbij aan bod komen, zijn het verschil tussen activisme, terrorisme en extremisme. Ook gaat de training in op de mogelijke voedingsbodem van radicalisering en (het verloop van) radicaliseringsprocessen. Trainers bespreken waar radicalisering het werkveld van de deelnemers raakt. Daarnaast gaan zij in op mogelijke signalen van radicalisering en handelingsperspectieven.
    3. Aanleren van gespreksvaardigheden. Deelnemers oefenen met het voeren van gesprekken met jongeren met extreme idealen. Tijdens het oefenen krijgen deelnemers handvatten voor gespreksvoering en wordt er ingegaan op attituden en houdingsaspecten. Ook wordt er besproken wat de gesprekken bij deelnemers oproepen, welke betekenis zij geven aan ‘signalen’ en welke stappen zij vervolgens zouden en kunnen zetten. De oefeningen maken op een fysieke manier inzichtelijk wat nodig is om contact te maken en te houden met jongeren waarover zorgen zijn op het gebied van radicalisering. Daarmee krijgen deelnemers meer zicht op wat er bij hen speelt. Ook worden de deelnemers zich bewust van wat hun houding en handelen doet met een jongere.

    Meer informatie

B. Werkzame elementen
Reageer!