KOPP/KOV

3. Risico- en beschermende factoren

De risico- en beschermende factoren

Veel kinderen van ouders met psychische en/of verslavingsproblemen groeien zonder problemen op. En als je als ouder psychische en/of verslavingsproblemen hebt, betekent dat niet dat je geen goede ouder kunt zijn. Of er daadwerkelijk problemen ontstaan, hangt namelijk af van de aanwezigheid en het samenspel van risico- en beschermende factoren.

Risicofactoren vergroten de kans op het ontstaan van problemen, beschermende factoren fungeren als buffer daartegen en verkleinen zo de kans op het ontstaan van problemen.

In de literatuur is een groot aantal risico- en beschermende factoren voor kinderen van ouders met psychische en/of verslavingsproblemen beschreven. Zie onderstaande tabel voor voorbeelden.

Tabel 1. Risico- en beschermende factoren*

Risicofactoren Beschermende factoren
Bij de jeugdige zelf
  • genetische aanleg
  • een moeilijk temperament
  • onveilige gehechtheid
  • weinig zelfvertrouwen
  • jonge leeftijd
  • beperkte cognitieve en sociale vaardigheden
  • weinig kennis over problematiek van de ouder
  • gevoelens van schuld en schaamte

 

  • veilige gehechtheid
  • goed ontwikkelde cognitieve en sociale vaardigheden
  • veel zelfvertrouwen
  • goede copingvaardigheden
  • een grote zelfredzaamheid
  • behoorlijk inzicht in ouderlijke problematiek
Bij de ouder(s)
  • ernstige en langdurige problematiek
  • gebrekkige opvoedvaardigheden
  • verstoorde ouder-kindinteractie
  • gebrek aan sensitiviteit
  • zorg mijden
  • gevoelens van schuld en schaamte

 

  • goede opvoedvaardigheden
  • een positieve ouder-kindinteractie
  • goede ondersteuning van de jeugdige door de ouder(s)
  • in behandeling zijn (geweest)
Bij het gezin
  • financiële problemen
  • complexe scheiding
  • conflicten tussen ouders
  • kindermishandeling en huiselijk geweld
  • migratie
  • aanwezigheid van een andere ouder zonder vastgestelde psychische klachten of verslaving
In de omgeving
  • gebrek aan herkenning
  • gebrek aan sociale steun
  • stigmatisering
  • geringe familiecohesie
  • aanwezigheid van een sociaal netwerk en steun voor ouder(s) en jeugdige
  •  sterke familiecohesie (wederzijdse affectie, behulpzaamheid, zorg en steun door alle leden van de familie)
  • afleiding en ontsnappingsmogelijkheden voor de jeugdige

* zie ook de ‘Factsheet KOPP/KOV. Een wetenschappelijke onderbouwing van de cijfers’. Deze is gratis te downloaden in de webwinkel van het Trimbos-instituut.

Een aantal van deze risicofactoren komt voor bij kwetsbare groepen met recht op bijzondere hulpverlening die zijn aangewezen in het internationale jeugdrecht: jeugdigen met een handicap, jeugdigen die het slachtoffer zijn van geweld, jeugdigen die vluchteling zijn en jeugdigen die in Nederland verblijven zonder verblijfsvergunning (ongedocumenteerde jeugdigen).

Vanuit de ggz vindt een verplichte Kindcheck plaats; indien ggz-hulpverleners zich zorgen maken over de jeugdige na deze Kindcheck worden de stappen van de Meldcode gevolgd. Waar sprake is van een complexe scheiding, kindermishandeling of zorgen over de jeugdige na de Kindcheck in de ggz, verwijzen we naar de betreffende Richtlijnen voor jeugdhulp en jeugdbescherming, de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 2017) en het bijbehorende afwegingskader (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 2019).

Het versterken van beschermende factoren kan voor een opwaartse spiraal zorgen en veerkracht vergroten. Wanneer ouders bijvoorbeeld worden ondersteund bij hun opvoedvaardigheden, versterkt dat hun zelfvertrouwen en vergroot dit de kans op positieve ouder-kindinteractie. Dat kan er weer toe leiden dat ouders en jeugdige meer positieve emoties ervaren, waardoor creativiteit, probleemoplossend vermogen en coping verbeteren.

Cumulatief effect van risicofactoren
1. Inleiding
Reageer!