Proefinvoer

Als een richtlijn in concept klaar is, dan is het belangrijk dat deze getest wordt in de praktijk: in de jeugdhulp en jeugdbescherming. Dit gebeurt tijdens de proefinvoer. De proefinvoer levert input op voor de latere landelijke invoer van de richtlijn. Enerzijds over de richtlijn zelf. Welke kennis is bekend en wat is nieuw? Zijn de aanbevelingen duidelijk? Wat moet er in de conceptrichtlijn worden aangepast? Anderzijds over factoren die de invoer beïnvloeden. Wat vraagt het om met deze richtlijn te werken? Is er bijvoorbeeld scholing nodig? Is er voldoende ondersteuning?

Tijdens de proefinvoer werken drie jeugdhulp/jeugdbeschermingorganisaties met de richtlijn. We zoeken per richtlijn organisaties waarbij het betreffende onderwerp speelt, en die ten opzichte van elkaar met verschillende doelgroepen werken, wat betreft leeftijd en setting (ambulant, residentieel, gezinshuizen). Per organisatie doen bij voorkeur twee teams mee en zestien tot twintig professionals.

De proefinvoer bestaat globaal uit de volgende stappen:

  • Een voorbereidingsbijeenkomst bij het Nederlands Jeugdinstituut met contactpersonen van de deelnemende organisaties (gedragswetenschappers verbonden aan de teams), iemand uit het management, de richtlijnontwikkelaar en iemand uit het (proef)invoerteam.

  • Een instructiebijeenkomst per organisatie met de deelnemende teams (inclusief gedragswetenschappers, manager), de richtlijnontwikkelaar en iemand uit het (proef)invoerteam.

  • De daadwerkelijke proefinvoer door de teams gedurende drie maanden, met tussentijds telefonisch contact tussen gedragswetenschappers en iemand uit (proef)invoerteam.

  • Na de proefinvoer een groepsinterview met de teams door iemand uit het (proef)invoerteam, een interview met het management een interview met een aantal ouders van cliënten, op basis van de cliëntversie van de richtlijn.

… Meer

Voor de eerste 14 richtlijnen zijn de proefinvoeringen afgerond. In totaal zijn er ruim 400 professionals direct betrokken bij de proefinvoeringen, afkomstig uit 36 organisaties:

  • Ernstige gedragsproblemen: Almata, Entréa, Spirit.
  • Problematische gehechtheid: LSG Rentray/Joozt, OCK Het Spalier, Trajectum (Youké).
  • ADHD: Entréa, Oosterpoort.
  • Crisisplaatsing en Uithuisplaatsing: Altra, BJZ Gelderland, BJZ Haaglanden (Zuid-Holland), Jeugdhulp Friesland.
  • Scheiding en problemen van jeugdigen: FlexusJeugdplein, Lindenhout, Ouder-Kind Adviesteams (Amsterdam).
  • Kinderen van Ouders met Psychiatrische Problematiek (KOPP): MOC ’t Kabouterhuis, TriviumLindenhof, Youké.
  • Stemmingsproblemen: Combinatie Jeugdzorg, Pluryn Hoenderloo Groep, Youké.
  • Pleegzorg: De Rading, Jeugdformaat, Youké.
  • Middelengebruik: Flexus Jeugdplein, Jeugdhulp Friesland,  Pameijer (LVG setting), Stek Jeugdhulp, Trivium Lindenhof, Wijkteam Charlois.
  • Multiprobleemgezinnen: BJZ Gelderland, GRIP team (gemeente Hengelo), Rubicon, William Schrikkergroep.
  • Residentiële jeugdhulp: Entréa, Jeugdformaat, Pactum.
  • Samen beslissen over passende hulp: Wijkteams regio Apeldoorn, Wijkteams regio Utrecht, Wijkteams Zeeland.
  • Kindermishandeling: Fier Fryslan, Jarabee, Timon.

Welke factoren beïnvloedden het gebruik van richtlijnen tijdens de proefinvoering van de concept richtlijnen? En wat kunnen we hiervan leren voor het gebruik van de 14 Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming in de dagelijkse praktijk? Bekijk het onderzoek, samen uitgevoerd met de Hogeschool van Amsterdam.

Werken met richtlijnen in jeugdhulp en jeugdbescherming. Lessen uit de proefinvoering van conceptrichtlijnen.

Tabellenbijlage

Nienke Foolen en Jolanda Spoelstra van het Nederlands Jeugdinstituut vertellen wat er komt kijken bij de proefinvoering van een richtlijn.

Reageer!